Een belevenis van lang geleden kwam bij mij naar boven naar aanleiding van de berichten van volle treinen in de afgelopen tijd.
In de jaren zestig van de vorige eeuw werkte ik op de Afdeling Vervoer van de NS in Utrecht in HGB 3 oftewel De Inktpot. Wij maakten daar de planning voor de komende dienstregeling die toen elk jaar eind mei inging en een jaar duurde. Zowel de treintijden als de inzet van het materieel werd door ons gedaan. Ik mocht mij onder andere bezig houden met de inzet van dieseltreinen in Zuid=Limburg op het Miljoenenlijntje. Op basis van de tellingen van passagiers door de conducteur werd gekeken met welke treinsamenstelling gereden zou moeten worden. Nu was dat in die regio vrij eenvoudig met enkele en tweedelige dieseltreinen. Toch gebeurde het wel eens dat de treinen vol tot overvol waren en dan was de vraag of daar wel iets aan kon worden gedaan. Zo kwamen er op een gegeven moment regelmatig klachten over de trein die in de avondspits van Kerkrade vertrok. Het was een eendelige trein waar officieel voor vijfenzeventig reizigers plaats was. De tellingen van de conducteur gaven regelmatig cijfers weer van boven de honderd en dat betekende behoorlijk propvol. De vraag was dan ook over welk traject die trein dan zo vol was en dus een reden voor mij om daar eens ter plekke onderzoek naar te doen. Ik meldde mij op tijd bij de machinist, een gezellige Limburger, wat ik daar kwam doen. Direct bood hij aan dat ik dan het beste na mijn telling van de instappers voorin naast hem kon plaatsnemen. Toen het vertrektijd was en de ruim honderd gegadigden zich allemaal naar binnen hadden gewerkt konden we vertrekken. Vervolgens sprak de machinist de voor mij onsterfelijke woorden: “Zo, en nou maar kieke of we bove kome.” De motor werd op volle kracht ingeschakeld en met een zeer langzaam tempo kropen we de heuvel op naar Simpelveld. Daar aangekomen stapte ongeveer de helft van de passagiers uit. Het bleek dus een probleem van enkele kilometers te zijn en daarvoor kon helaas geen extra materieel ingezet worden. Het ritje met de machinist kan ik toch zo met een glimlach weer naar voren halen.
Apeldoorn, 9 oktober 2022
Kees Fielstra