In de jaren zestig was het niet ongebruikelijk om bij de mensen naar binnen te kijken. Vooral ’s avonds gaf men er gelegenheid toe door de gordijnen, achter enkel glas, gewoon open te laten. Energiebesparing was nog niet zo’n belangrijk onderwerp in die tijd. In een liedje van Wim Sonneveld (wie kent hem niet) is er ook sprake van: “Dan kun je zien hoe of het bankstel staat bij Mien er d’r dressoir met plastic rozen.”
Ook in dezelfde tijd begon een clownsduo waarvan de kleine dikke genaamd B. vaak zei dat hij “even naar binnen ging kijken” als er een oplossing moest worden bedacht voor een probleem. Waar hij dan zijn inspiratie en oplossing vandaan haalde werd nooit duidelijk. Het leek op meditatie maar dat was het ook weer niet want de kijkertjes snapten daar toch niks van.
Van de week heb ik ook regelmatig bij mijzelf naar binnen gekeken. Terwijl de wereld om mij heen uit warme, heel warme, lucht of bubbelend water bestond, ging ik bij mijzelf even op bezoek. Dat zijn van die momenten om te koesteren. Je bent in een andere wereld en mag je lijf verwennen. Ondertussen is er dus volop gelegenheid om over dingen na te denken. Dat hoeft zeker geen oplossing te zijn voor wereldse problemen, oh nee! Maar gewoon over de dagelijkse dingen om je heen, wat je bezig houdt als aardbewoner in je eigen wereld.
Het zijn voor mij momenten om van te genieten, van hoofdhaar (voor zover nog aanwezig) tot aan de kleinste teen toe!
Laat je ook eens verleiden om, in een lekkere en veilige omgeving bij jezelf naar binnen te kijken. Het kan zo maar verrassende gedachten en inzichten opleveren.