Voor de liefhebbers was het de afgelopen tijd weer volop genieten van bliksem en donder. De natuur gaat gewoon zijn eigen gang en laat zich niet vangen in kleurencodes.

In de jaren na de oorlog woonde ik in een bovenhuis in de Oosterpoort in Groningen Stad. Bij naderend onweer in de nacht kwam mijn moeder mij wakker maken en moest ik aangekleed bij de tafel in de kamer gaan zitten. De stekkers waren uit de contacten, de gordijnen dicht en de ogen meestal ook bijna. Een koffertje met kleding en papieren stond binnen handbereik.

Naast het gedonder in de lucht is er de laatste jaren ook steeds meer en heftiger gedonder onder de grond in het noorden van ons land. De reden is bij iedereen bekend. De oplossing is ook heel simpel. Maar de moed en de wil ontbreken bij degenen die het kunnen oplossen en de schade bij de getroffen mensen kunnen en moeten vergoeden. Het heel veel praten erover, steeds weer excuses maken en papieren oplossingen bedenken lost helemaal niks op. Het is ook ver weg van de beleidsmakers. Dus is het wellicht toch tijd om het gedonder dichterbij te laten klinken. Met (heel) veel mensen uit het hele land naar het Haagse en dicht bij elkaar gelijktijdig stampen op de grond. Stampen van woede en ergernis. Ondertussen denken aan degenen die het hebben laten afweten geeft nog meer energie om de voeten op de aarde te laten dreunen. Zo’n gezamenlijke inspanning kan dan een kleine maar wellicht effectieve aardbeving veroorzaken. Het praten is allang genoeg geweest. Er mag en moet nu gestampt worden en ik doe mee!!

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *