Heel langzaam rolden de eerste druppeltjes over zijn wangen. Zijn spelen werd steeds intenser. Daar was de glimlach. Een glimlach vol herinneringen.

Ook deze zomer was hij weer naar zijn huisje in het zuiden gegaan. Ver weg van de stad en het drukke bestaan. Ruimte voor rust. En het spelen op zijn oude viool, een geschenk uit een erfenis van een vaste klant van zijn muziekwinkel. Soms kwam de melancholie met de tonen van Vivaldi naar buiten.

En hij had deze zomer een vaste luisteraar. In het huis achter dat van hem was een vrouw komen wonen. Een hele mooie vrouw vond hij. Hij had haar ontmoet toen hij pas was aangekomen en op het pleintje van een heerlijk glas wijn uit de streek genoot. Zij ging iets verderop aan een tafeltje zitten en bestelde ook een glas wijn. De volgende dagen en weken zaten ze regelmatig samen aan een tafeltje met een mooi fles binnen handbereik. Zij kwam uit een verbroken relatie. Hij had zijn vrouw enkele jaren geleden verloren aan een woekerende ziekte. Als hij op zijn viool speelde kwam zij naar haar slaapkamerraam en genoot met volle teugen. Hij had het geprobeerd om bij haar te komen spelen maar dat had zij vriendelijk afgewezen.

Er was nog een vaste luisteraar: de kat van de winkelier om de hoek. Ook deze kat genoot iedere keer weer van zijn strijkende spel.

En nu was het weer tijd om naar de stad te gaan. In de zomer liet hij de winkel vol vertrouwen over aan zijn muzikale neef en opvolger. Maar nu moest hij toch weer terug. Helaas. En dit jaar heel helaas. De koffers stonden al gepakt. Nog een laatste diep beleefde nocturne dan.

Na de laatste tonen was het oorverdovend stil. Totdat hij zachtjes riep: “Au revoir!” Ook zachtjes maar met een snik en duidelijk te horen klonk het van de overkant: “Au revoir!”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *